1132a. Rijpe vrucht ten minste deels gevleugeld. Alle stuifmeelkorrels minder dan 2x zo lang als breed (micr.!). Bladschijf van de bovenwaterbladen elliptisch, aan de voet niet opvallend lichter gekleurd. | ||
1132b. Rijpe vrucht geheel ongevleugeld, iets hoger dan breed, ca. 1,5 mm hoog. Meeste stuifmeelkorrels meer dan 2x zo lang als breed (micr.!). Bladschijf van de bovenwaterbladen afgerond ruitvormig, aan de voet opvallend lichter gekleurd. Stomphoekig sterrenkroos. | ||
1a. Kruiden óf planten met alleen onderaan houtige takken óf minder dan 50 cm hoge struiken (halfstruiken). --> 2
2a. Land- of waterplanten, in het laatste geval in de bodem wortelend en met boven het water uitstekende bladen of bebladerde stengels. --> 3
3a. Planten met bloemen met stampers en/of meeldraden. Voortplanting door middel van zaden. --> 4
4a. Stengel en/of bladen met bladgroen. --> 5
5a. Planten niet gras- of biesachtig; indien de bladen lint- of buisvormig, dan met heldergekleurde bloemen. --> 6
6a. Bloemen niet in een hoofdje geplaatst. --> 7
7a. Bloemen met 2 kransen bloembekleedsels (kelk en kroon) die in vorm en/of kleur duidelijk van elkaar verschillen (zie Figuur). --> 8
8b. Kroonbladen ten minste aan de voet met elkaar vergroeid (zie Figuur hiernaast). (Kroon na de bloei blijvend of in zijn geheel - en dan samen met de meeldraden - afvallend; meeldraden bijna altijd op de bloemkroonbuis ingeplant). --> 910
910a. Bloemen 2-slachtig. --> 911
911b. Vruchtbeginsel bovenstandig. --> 935
935a. Meeldraden 10 of minder, vrij of alleen aan de voet met elkaar vergroeid. --> 936
936b. Kroonslippen ongelijk van vorm en grootte (zie Figuur b, c). --> 1039
1039a. Bloembladen zonder spoor aan de voet. --> 1040
1040a. Meeldraden vrij van elkaar. Kelkslippen groen. --> 1041
1041a. Meeldraden 2-4, soms ook nog 1-3 gereduceerde meeldraden aanwezig. --> 1042
1042a. Vruchtbare meeldraden 2 of 4, soms ook nog 1-3 gereduceerde meeldraden aanwezig. Kelk 4- of 5-tallig. --> 1043
1043a. Stijl aan de top van het vruchtbeginsel geplaatst. --> 1044
1044a. Vruchtbeginsel 2-hokkig, in de vruchttijd met 2 kleppen of poriën openspringend. Stijl niet verbreed, niet scheef eindigend, met 1 stempel of 2 gelijke stempellobben. --> 1045
1045b. Meeldraden uitstekend. --> 1086
1086b. Bloemkroon vlak uitgespreid. Familie Plantaginaceae - Weegbree-familie. --> 1087
1087b. Waterplant met vlakke bladen. --> 1129
1129a. Bladen tegenoverstaand. --> 1130
1130a. Bladen ondoorschijnend, heldergroen. Stengel met schildvormige, tot 0,1 mm brede haren (loep!). Jonge bloemen aan de voet met 2 steelblaadjes. --> 1131
1131a. Helmhokjes tijdens de bloei boven water uitstekend, geel, stuifmeel geel (bij landvormen soms slecht ontwikkeld). Bladen aan de top al of niet uitgerand maar daar niet breder. Bloemensteel 0-2 mm lang. --> 1132