Rode aardbeispinazie SL. 0311
Chenopodium foliosum Asch. Familie Amaranthaceae.
Diagnostische kenmerken Bloeiwijzedeel van de stengel lang en onvertakt, met bijna zittende, niet aaneensluitende kluwens bloemen in de oksels van langere getande schutbladen. Bloemdekbladen in de vruchttijd vlezig en rood wordend. Jonge plant een rozet van volgroeide bladen vormend, die in de bloeitijd (merendeels) afgestroven zijn. De bloeistentel daardoor aan de voet met een aantal littekens of verweerde resten van bladstelen. De bladvoet pijl- of spiesvormig, met terugwijzende of recht afstaande slippen.
Hoogte bloeiende plant 0,15-0,60 m. Bloeitijd Juni-augustus. Levensvorm Therofyt, (tweejarige) Hemikryptofyt.
Standplaats Op droge, kalkrijke, omgewerkte grond, vooral aan wegen en paden.
Zeldzaamheid en verspreiding Zeldzaam, maar plaatselijk algemeen in het Renodunaal district; elders adventief. KFK 345.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s): Pagina 1268 |