Paardenhoefklaver
SL. 0628

Hippocrepis comosa L.
Familie Fabaceae.

Diagnostische kenmerken
Stengels liggend of opstijgend. Bladen oneven geveerd. Blaadjes (3-)5-8 paar, 5-15 mm lang. Schermen 5-12-bloemig. Kroonbladen geel, 6-10 mm lang. Vrucht 1,5-3 cm lang, met bijna hoefijzervormige leden, deze met roodbruine papillen.

Hoogte bloeiende plant
0,05-0,30 m.
Bloeitijd
Mei-juli.
Levensvorm
Chamaefyt.

Standplaats
Op open plaatsen op min of meer vochtige, kalkrijke, grazige grond.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vroeger in het Fluviatiel district (Lexmond) en korstondig in het Zuidlimburgs district, voor het laatst in 1987.
KFK 020.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 360

Rijk Plantae
Klasse Spermatopsida
Orde Fabales
Familie Fabaceae
Geslacht Hippocrepis
Soort Hippocrepis comosa

Wetenschappelijke synoniemen en populaire namen

Paardenhoefklaver [Nederlands]

Nederlandse Oecologische Flora 2: 152

Atlas van de Nederlandse Flora 1: 130

Natura 1950: 54

Ned. Kruidk. Arch. 57: 207

Wilde Planten 2: 252

Natuurhistorisch Maandblad (Limburg) 76: 54

Zoek verder naar Hippocrepis comosa op één van de volgende websites:

Waarneming.nl | Nederlands Soortenregister | Catalogue of Life | GBIF

Google | Yahoo | Bing | Wikipedia