Gewone brunel SL. 1017
Prunella vulgaris L. Familie Lamiaceae.
Diagnostische kenmerken Bloemkroon blauwpaars, zelden roze, zeer zelden wit. Slippen van de onderlip van de kelk kort gewimperd. Tand van de lange meeldraden priemvormig, recht. Stengel kort behaard of bijna kaal. Bladen eirond tot langwerpig.
Hoogte bloeiende plant 0,07-0,45 m. Bloeitijd Mei-herfst. Levensvorm Hemikryptofyt.
Standplaats Op vochtige, matig voedselrijke grond in grasland, in bermen, in grazige duinvalleien, in afgravingen en aan bospaden.
Zeldzaamheid en verspreiding Zeer algemeen. KFK 999.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s): Pagina 1144 |