Sikkelklaver SL. 0798
Medicago falcata L. Familie Fabaceae.
Diagnostische kenmerken Kroonbladen in een hoofdje alle geel, zelden geelwit. Stengels liggend tot opstijgend. Trossen kort, meestal ei- tot halfbolvormig. Vrucht recht tot sikkelvormig, hoogstens een kwart van een cirkel beschrijvend.
Hoogte bloeiende plant 0,20-0,50 m. Bloeitijd Mei-september. Levensvorm Hemikryptofyt.
Standplaats Op vochtige tot droge, meestal kalkhoudende, grazige zandgrond op rivierduinen en -dijken, in bermen, ook in de binnenduinen.
Zeldzaamheid en verspreiding Vrij algemeen in het Fluviatiel district en plaatselijk in het Estuariëndistrict, elders zeldzaam. KFK 766.
Opmerking Zie Medicago varia(x) voor de bastaard tussen Medicago falcata en Medicago sativa.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s): Pagina 426 |