Fijne ooievaarsbek SL. 0569
Doelsoort.
Geranium columbinum L. Familie Geraniaceae.
Diagnostische kenmerken Bladsegmenten van de 1e orde zonder binnenrandnerf. Middensegment van de grootste bladen aan de voet hoogstens 2 mm breed. Bloemsteel zonder klierharen. Deelvruchten kaal wordend, zonder klierharen. Kroonbladen 7-9 mm lang, helderpaars, zelden roze. Plant met aangedrukte haren, zonder klierharen.
Hoogte bloeiende plant 0,20-0,60 m. Bloeitijd Juni-september. Levensvorm Therofyt.
Standplaats Op open plaatsen op min of meer vochtige, kalkrijke grond in graslanden, op dijkhellingen, in bermen, langs spoorwegen, zelden op akkers.
Zeldzaamheid en verspreiding Zeldzaam in het Zuidlimburgs district, zeer zeldzaam in het Fluviatiel district, het Subcentreuroop district en het Estuariëndistrict; elders adventief. KFK 444.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s): Pagina 162 |